Doorgaan naar hoofdcontent

Mieren.


Joren en Niels, weten jullie nog wat dat zijn miertjes? Miertjes zijn kleine kriebelbeestjes die heel hard werken. Als je met warm weer in de tuin gaat zoeken vind je vast wel ergens een paar mieren. Als je dan goed oplet zie je er altijd nog veel meer. Want mieren wonen altijd met wel honderdduizend bij elkaar.
Omdat mieren zo klein zijn, moeten ze altijd met heel veel bij elkaar wonen, want alleen zijn ze nooit veilig. Samen zijn ze best heel sterk. De mieren hebben allemaal een eigen werk, een eigen taak. Sommige mieren gaan eten halen andere mieren moeten steeds het bos of de tuin opruimen, er zijn mieren die net als papa soms, ook soldaat zijn.
Er zijn mieren die straten maken of nieuw eten zoeken en er zijn mieren die alleen maar hoeven te poetsen. Maar er zijn geen mieren die de was doen of strijken want mieren lopen altijd in hun blootje. Wel zijn ze allemaal bezig om een steeds groter huis te bouwen.

De mieren in het bos doen dit door een grote berg van takjes en dennennaalden te zoeken. De mieren bij het huis graven meestal een holletje in het zand. Maar dat holletje is onder de grond ook heel groot met allemaal kleine gangetjes. Als je de volgende zomer in de tuin zo’n mierennest vindt, moet je eens aan papa Reinier vragen of hij dat voor je kan openmaken. Maar dat vinden mieren niet leuk. Want dan maak je alles stuk, en dan moeten ze helemaal opnieuw beginnen.
Als je bij de mieren zou kunnen wonen, kun je zien hoe knap ze onder de grond allemaal kamertjes gemaakt hebben en gangetjes naar boven om warme of koude lucht naar binnen te laten. Als het warmer moet, maken ze de koude luchtgang dicht en als het te warm wordt maken ze die weer open.
 






Buiten om de ingang van het gangetje maken ze van zand een randje zodat er geen water naar binnen loopt.

Sommige mieren families zorgen ervoor dat er in de tuin niet te veel luizen op de bloemen komen. Luizen dat zijn ander kruipbeestjes. Alleen als het ergens in de tuin erg nat is kunnen de mieren het niet meer tegenhouden en dan worden de takken wel eens zwart van de luizen. Dan komen er vanzelf lieveheerbeestjes de mieren helpen, Lieveheerbeestjes zijn kevertjes die zijn rood of geel met zwarte stippen en die ruimen dan de luizen op, maar dat duurt dan wel bijna drie weken.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Wat ligt daar Papa?

De pannen van het dak liggen op houten balken. Die zijn misschien wel honderd jaar oud. Dus het huis is ook al heel, heel oud. Een kleine manneke mag samen met papa op de zolder van het grote huis kijken of de pannen nog goed liggen, want anders kan de regen tussen de pannen door vallen. Op een van de balken ziet het kleine jongetje een soort bol liggen. Die bol is van een soort papier. Wat ligt daar papa? Vraagt het manneke. Ik zal je een verhaaltje vertellen, zegt papa. Dit is het huisje van Franka Frutsel. Eens, al wat langer geleden was Franka Frutsel op zoek naar een plaatsje om te gaan wonen. Franka Frutsel is een beestje met een bol rond hoofd met twee lange sprieten, met op haar schouders twee mooie vleugels, zo helder als glas, met een klein lijfje met gele en zwarte strepen. Franka Frutsel had tussen de pannen een gaatje gevonden en daar was ze doorheen gekropen. Het kleine lijfje was wel erg rond want daar zaten een heleboel babytjes in. Niet maar één of twee, nee wel h

Opa.

Mijn pa, jou opa of groot opa. Zo oud, dat het leven bijna ophoud. Vandaag is hij goed, morgen gaat het hem slecht. Eigenlijk heeft hij het wel gezien. Ik denk dat hij in wilt slapen misschien. Maar dan pakt hij mijn tweede stuk taart, en dan denk je, dat was nooit zo zijn aard We genieten dat hij nu weer eet. Het was lange tijd anders zoals je wel weet Zij verzorgt hem met liefde zogoed als het kan. Wat een gelukt voor deze man.

Oproep. Wie helpt mij?

Ik vraag iedereen die dit leest mij te helpen taal en interpunctie fouten te doen verbeteren. Ik zoek hulp om mijn teksten in algemeen beschaaft LIMBURGS te vertalen zonder in spitsvondige plaatselijke verschillen te verdwalen.